Anne Frank Prize
The Anne Frank Prize was a literary award that was given out in the Netherlands in the years 1957 to 1966 by The Netherlands-America Foundation.[1]
The prize was established by Albert Hacket and Frances Goodrich, who had authored a play, The Diary of Anne Frank, based on Anne Frank's diary Het achterhuis.[2] The play won the Pulitzer prize in 1956.[3] The prize money was to be given to writers under 30 years. The prize was awarded in successive years in the following genres: novel, poetry, drama, essay and short story.
Notable winners include Harry Mulisch[4] and Cees Nooteboom.[5]
Prize winners
-
- - Henk van Kerkwijk: Geweer met terugslag
- 1965 – P.J.A.M. Buijnsters: Tussen twee werelden-Rhijnvis Feith als dichter van Het Graf
-
- - Cornelis Verhoeven: Filosofie van de troost
- 1964 – E. Brent Besemer: (entire oeuvre)
-
- - Peter Oosthoek: for his direction of the play Nederlandse stukken
- 1963 – Peter Berger: Deze voorlopige naam
-
- - Huub Oosterhuis: Uittocht, Groningen en andere gedichten
- 1962 – Ankie Peypers: Geen denken aan
-
- - Geert van Beek: Buiten schot
- 1961 – Piet Calis: Mensen van de koningsstam, Napoleon op het Leidscheplein
-
- - H.J.A. Hofland: (entire oeuvre)
- 1960 – Cornelis Bauer: De groene boogschutter
-
- - Rutger van Zeyst: De familieraad
- 1959 – Erik Vos: for his direction of the play Arena
-
- - Esteban Lopez: Fredegonde, De vrienden van vroeger, Mercedes, mijn zuster, Tederheid in het geding
-
- - Nico Scheepmaker: Poëtisch fietsen, De kip van Egypte
-
- - Cees Nooteboom: Philip en de anderen
External links
Sources